Eerst is gestart met de productie van de betonschroefpalen. Daarna is door Vroom Betonbouw vanaf het huidige maaiveld gestart met het maken van 500 mm hoge betonnen paalopstorten waardoor de hele kazerne wordt opgetild, een eis vanuit privacy overwegingen. Hierna is de complete fundering in 4 montagefasen geleverd en aangebracht.
Bouwteam
De nieuwbouw komt op het terrein van de Frederikkazerne in Den Haag en zal een logiesfunctie bieden aan officieren en vlagofficieren. Het aanbiedingsontwerp is gemaakt door het ontwerpteam, bestaande uit Heijmans Utiliteitsbouw, Burgers Ergon, architectenbureau Broek Bakema en constructiebureau Arcadis, met advies van adviesbureau DGMR en Nieman en Heijmans Servicebouw t.b.v. het onderhoud. Binnen de gestelde uitgangspunten is een compact gebouw van ca. 17.000 m2 bvo ontworpen: een functioneel legeringsgebouw met facilitaire voorzieningen en een geïntegreerd wachtgebouw dat uitzicht heeft op de toekomstige hoofdpoort van de kazerne. Het gekozen ontwerp resulteert in minder onderhoudskosten, minder energiekosten en minder materiaalkosten. Een centrale entree en toepassing van loopbruggen hebben geleid tot optimale looplijnen. Het wachtgebouw is geïntegreerd in het legeringsgebouw, maar door een specifieke gevel is deze ook zichtbaar als aparte functie.
Draagkracht bouwput
Alvorens de start van het project is door Vroom de draagkracht van de bouwput gecontroleerd. Op verschillende plekken op het terrein bleken zich waterplekken te bevinden. Naar aanleiding van het door ons uitgebrachte advies is op het terrein grondverbetering toegepast. Tevens is er zand op het terrein aangebracht om een vlak terrein te verkrijgen en tot het juiste werkniveau te komen.
Voorzieningen
In de fundering zijn diverse voorzieningen meegenomen voor de nutsvoorzieningen en het bovenliggende casco. Vanwege de enorme belastingen worden de funderingselementen aan elkaar verbonden met natte knopen. Vroom verzorgde hier middels haar eigen meetdienst de detailmaatvoering voor de funderingspalen en de funderingen.
Routing en planning
De routing en de totale uitvoeringsduur was bij dit project van groot belang. De planningsduur ging lopen vanaf de start van de productie van de funderingspalen en Vroom had maximaal 10 werkweken de tijd tot de oplevering van de complete funderingsconstructie. De routing speelde bij dit project een grote rol, doordat de vloeren en het bovenliggende betonnen casco naadloos op de werkzaamheden van Vroom moest aansluiten. De kazerne is ten behoeve van het bouwproces opgesplitst in bouwdelen, genoemd IA, IB, IIA, IIB en III.
Funderingspalen
Eerst zijn de piketten door de Vroom meetdienst uitgezet voor bouwdeel IA waarna is gestart met het maken van de betonschroefpalen. In opperbeste weersomstandigheden en in een goede draagkrachtige zandige bouwput zijn door Vroom de betonschroefpalen geproduceerd. De palen zijn bij het maken keurig op hoogte afgewerkt op aanleghoogte van de nader aan te brengen paalopstorten.
Opstorten
Gezien het uiteindelijke gebruik als kazerne komt voor het grootste deel de bovenkant van de begane grondvloer op 1,4 meter boven het maaiveld te liggen. Om dit te realiseren zonder grond aan te brengen zijn er bij dit deel paalopstorten tussen de gemaakte palen en de prefab funderingsbalken aangebracht. Door de Vroom ploeg zijn voordat het projet startte reeds de tijdelijke prefab houten bekistingen voor het opstorten gemaakt. Op het moment dat de eerste sessie van tachtig funderingspalen voldoende was uitgehard zijn hier de bekistingen op zowel horizontale als verticale maat gesteld. Vervolgens zijn de wapeningskorven in de opstort bekisting gesteld. Ook is direct de stek meegenomen waarmee de fundering aan de opstort verbonden zou worden. In vijf sessie zijn telkens de paalopstorten exact op hoogte afgestort.
Funderingsconstructie
De vereiste naadloze aansluiting van de begane grondvloeren en het bovenliggende casco op de funderingsbalken moest er snel worden geschakeld. Zo werd tijdens de productie van de betonschroefpalen al volop geprefabriceerd. Tijdens de productie van de zware prefab funderingselementen met diverse instortvoorzieningen is veel aandacht besteed aan het op maat inbrengen van al deze voorzieningen. Het casco wat bovenop de fundering zou worden aangebracht bestond volledig uit prefab betonnen elementen. Deze elementen moeten exact op maat gesteld kunnen worden, waarbij de koppeling aan de fundering door middel van stekken plaatsvond. De stekken, variërend in diktes van Ø16mm, Ø20mm en Ø25mm, staken tot maximaal 1,5 m boven de fundering uit. De steltoleratie van de stekken in de wanden was nihil, wat inhield dat in de fabriek bij de productie van de prefab funderingsbalken veel aandacht is besteed aan het exact op maat inbrengen.
Natte knopen
Nadat de funderingsconstructie van bouwdeel IA was aangebracht zijn diverse elementen boven het maaiveld gemonteerd welke niet op palen zijn gefundeerd. Deze zijn gemonteerd op een tijdelijke ondersteuning, om vervolgens middels een natte knoop aan de aansluitende balken te worden gestort. Alle ingestorte stekken voor het bovenliggende casco zijn tijdens de montage gecontroleerd op positie waarna de prefab fundering kon worden afgemonteerd. Daarna zijn in dit bouwdeel de bekistingen aangebracht voor de natte knopen waarmee uiteindelijk alle funderingselementen aan elkaar zijn gekoppeld. Hierna zijn alle de bekistingen en ondersteuningen verwijderd waarna het geheel op hoogte boven het maaiveld kwam te liggen.
Poeren en liftput
Daarna volgden de bouwdelen IB en IIA. In bouwdeel IB bevond zich een poer van 10,4 x 13,65 x 0,6 m. Deze moest worden geïsoleerd en in het werk gestort. In bouwdeel IIA kwam de onderzijde van de fundering voor een onderdoorgang op 1,4 m onder het maaiveld. Deze fundering is constructief berekend op botsvoorzieningen in verband met de kans op aanrijdingen ter plaatse van de gekoppelde betonnen kolommen. Bij bouwdeel IIB was nog sprake van 2-paals poeren voor een loopbrug die zich 0,9 m onder het maaiveld bevonden. Deze poeren zijn voorzien van DEMU ankers t.b.v. koppeling met de staalconstructie. In dit bouwdeel bevindt zich ook een liftput van 15,4 ton.